Poëzie aan de Vecht

André Branderhorst-Molenaar

Humoristischer

H umor ligt op straat
U itzonderlijk naast geplaatste grappen en grollen
M agische formules zonder dollen
O ber mag ik een zacht gekookt ei ? “Mijn collega komt eraan mijnheer..”
R are fratsen stemmen blij en blijken lachwekkend zondermeer
I edereen mag gratis schaterlachen met de kleurrijke clown om zijn vreemde pruik
S chuddebuiken door een keur voor komisch woordgebruik
T egenover hen stond links de rechter die linker dan de rechtse bleek
I neens leek haar glimlach en publiek serieus
S chreeuwende mimiek na gekke bek en lange neus
C abaretiers vermaak dames en heren applaudisseren
H ilarische verbeeldingen boeien en bloeien onverbloemd
E r wordt zelfs geprobeerd humor te definiëren
R esencenten maken hen helaas wereldberoemd